1. Home
  2. Knowledge Base
  3. Terreinverlichting
  4. Welke lichtsterkte is buiten nodig op een terrein? 

Welke lichtsterkte is buiten nodig op een terrein? 

Naast verlichting binnen worden ook de nodige eisen gesteld aan de lichtsterkte van lampen buiten. De normeringen voor de benodigde buitenverlichting zijn afhankelijk van het type terrein. Denk onder meer aan parkeerterreinen, bouwplaatsen, terreinen voor laden en lossen, industriegebieden, sportvelden, wegen en fiets- of voetpaden. 

De gemiddelde minimale lichtsterkte die buiten nodig is op een terrein is 10 lux. Exacte eisen kunnen variëren op basis van het type terrein. Waar 10 lux voldoende is voor een parkeerterrein, worden significant hogere eisen gesteld aan terreinen voor laden en lossen (20 lux) en sportvelden (200 lux). 

Ondernemers en beheerders van buitenomgevingen kunnen de specifieke normeringen voor lichtsterkte voornamelijk terugvinden in de NEN 1080:2015. Hierin worden algemene eisen gesteld aan verlichtingsinstallaties voor buitenruimten. 

Wie zeker wil zijn van professionele, zuinige en normconforme buitenverlichting kan terecht bij de lichtprofessionals van Dutch LED. Wij hebben ruime ervaring in huis op gebied van zakelijke verlichting voor binnen en buiten.

Vraag ons vrijblijvend naar meer informatie, of vertel ons de specifieke wensen en benodigdheden die passen bij het terrein dat verlicht moet worden: 

Neem contact met ons op

Het belang van lichtsterkte op het terrein 

Een donker terrein is een buitenomgeving die simpelweg niet kan worden gebruikt. Licht geeft een omgeving leven. De juiste lichtsterkte rondom een gebouw kan de productiviteit in de directe omgeving sterk beïnvloeden. Goede LED terreinverlichting geeft bovendien een gevoel van veiligheid, in sommige gevallen zelfs gezelligheid. 

Welke lichtsterkte optimaal is, zal sterk afhankelijk zijn van de functie van de buitenomgeving. Het type terrein bepaalt welke buitenverlichting het beste gekozen kan worden. Op een bouwplaats staat functionele veiligheid centraal, terwijl een winkelstraat eerder sfeerbevorderend licht nodig heeft. 

In het kort kunnen we het belang van correcte lichtsterkte op het terrein als volgt samenvatten: 

  • Veilig: Mensen, voertuigen en gereedschap zijn ook in het donker weer goed zichtbaar. Ongevallen worden voorkomen en criminaliteit kan worden tegengegaan met de juiste heldere terreinverlichting. 
  • Functioneel: Werkterreinen en locaties voor logistiek kunnen ook in de late uren blijvend worden bediend. Het is makkelijker voor mensen om zich te bewegen in de donkere buitenomgeving, ze kunnen hun werk ook in de nacht blijven uitvoeren. 
  • Sfeer: Een gezellige uitstraling kan positief werken voor het welzijn en de directe leefomgeving. Winkelgebieden trekken langer klanten aan. Merkbekendheid kan worden vergroot met gevelverlichting of advertentieverlichting. 
  • Duurzaam: De keuze voor moderne, zuinige LED techniek voor buitenverlichting op de juiste lichtsterkte geeft ruimte tot energiebesparing. Ook de ecologische impact op de natuur kan worden beperkt met het verminderen van lichtvervuiling in de directe omgeving. 

NEN-eisen voor lichtsterkte buiten 

Nu we een beter begrip hebben van het belang van voldoende lichtsterkte, is het relevant om te kijken naar de juridische kant. Ondernemers en managers van openbare ruimten hebben namelijk ook te maken met wettelijke verplichtingen op het gebied van lichtsterkte. 

Deze worden in Nederland geregeld onder de zogenoemde NEN-normeringen. Er bestaan NEN-normeringen voor de standaardisering van allerlei thema’s, maar slechts enkele bepalingen hebben betrekking op het kiezen van de juiste lichtsterkte. Deze kunnen afhankelijk van het doel verschillen. 

De belangrijkste norm in deze context is de NEN 1080, waarin wordt gesproken over de minimale lichtsterkte in de buitenruimte in algemene zin. Specifieke terreinsoorten vinden we onder meer in de NEN 13201 (wegen, laden en lossen), NEN 13202 (fiets- of voetpaden), NEN 13203 (sportvelden), NEN 13204 (industriegebieden, parkeerterreinen) en NEN 60598 (bouwplaatsen). 

Naast lichtsterkte worden in dit soort normen ook eisen gesteld aan zaken als de (mate van) gelijkmatigheid van de verlichting, verblinding (UGR), de kleurweergave (CRI) en de benodigde energie-efficiëntie van de lichtbronnen. 

Lichtsterkte eisen per omgeving 

De bijbehorende minimale eisen voor lichtsterkte per type buitenruimte worden in de eerder genoemde NEN-normen als volgt geformuleerd: 

 Lux minimaal Lux maximaal UGR CRI (Ra) 
Wegen (autoweg) 300 750 <22 >80 
Wegen (buitenstedelijk) 500 1000 <19 >80 
Wegen (woonerf) 500 1000 <22 >80 
Fietspad 300 500 <25 >80 
Voetpad 100 200 <22 >80 
Voetbalveld 1800 2200 <25 >80 
Tennisbaan 180 220 <25 >80 
Atletiekbaan 270 330 <25 >80 
Parkeerterrein 10 20 <25 >80 
Industriegebied (grondniveau) 15 25 <25 >80 
Industriegebied (werkterrein) 40 60 <25 >80 
Bouwplaats (algemeen) 15 25 <40 >80 
Bouwplaats (werkterrein) 40 60 <40 >80 
Bouwplaats (gevaarlijke zone) 80 120 <40 >80 

Factoren die lichtsterkte beïnvloeden 

Een minimale en maximale eis voor lichtsterkte is handig in theorie, maar de praktijk is veelal weerbarstiger. Onze wereld zit vol met variabelen, die soms totaal niet binnen onze controle vallen. Denk maar eens aan de volgende factoren die die lichtsterkte kunnen beïnvloeden: 

  • Daglicht: De tijd van de dag en het seizoen zullen samen bepalen hoe lang en hoeveel daglicht er aanwezig is op een bepaalde locatie. In de zomer is het aantal zonuren groter dan in de winter. Idealiter wordt buitenverlichting alleen gebruikt op de momenten dat het ook daadwerkelijke donker (genoeg) is. 
  • Weer en atmosfeer: De lichtsterkte vanuit de omgeving kan worden beïnvloed door veranderingen in de atmosfeer. Dit heeft vaak met het weer te maken (denk aan mist of regen), maar kan ook komen door externe factoren (denk aan stof of smog). Het zicht is niet in elke atmosferische omstandigheid optimaal, wat invloed heeft op de benodigde lichtsterkte. Er is simpelweg meer licht nodig als het zicht slechter is. 
  • Obstakels: De natuur kan om lichtbronnen heen groeien, of mensen kunnen objecten plaatsen die de lichtverspreiding beïnvloeden. Hierdoor kan er te weinig of juist te veel licht worden verspreid in de directe omgeving. 
  • Reflectie: De directe oppervlakte reflecteert ook een deel van het licht weer terug in de omgeving. Afhankelijk van de reflectiewaarde van oppervlakten in de omgeving kan de behoefte aan lichtsterkte groter of kleiner zijn. Deze lichtbehoefte kan met veranderende omgevingen dynamisch meeveranderen. 
  • Lichtvervuiling: In Nederland hebben we te kampen met een grote mate aan omgevingslicht in de nacht. Deze kan de behoefte aan licht in een donkere omgeving verminderen. Denk bijvoorbeeld aan de rode gloed die afkomstig is van de kassen in het Westland. In mindere mate kan ook maanlicht zorgen voor extra omgevingslicht in de nacht. 

Professionele LED buitenverlichting nodig? 

De juiste verlichting voor buiten kiezen is sterk afhankelijk van het doel van de verlichting, maar ook het type activiteit dat in deze omgeving wordt uitgevoerd. Een parkeerplaats heeft een kleinere lichtbehoefte dan een voetbalveld, om maar twee zeer verschillende terreinsoorten te noemen. 

Voor elk soort terrein hebben we in Nederland specifieke NEN-normeringen voor minimale en maximale lux waarden bepaald. Dit zijn wettelijke verplichtingen waar men zich aan dient te houden. Het afstellen van (zo zuinig mogelijke) buitenverlichting is hierdoor een stukje ingewikkelder. 

Het professionele lichtteam van Dutch LED heeft alle kennis in huis om de lichtsterkte op het terrein te optimaliseren. Vraag ons vrijblijvend naar de mogelijkheden, of claim direct een gratis lichtscan om de lichtbehoefte in de buitenomgeving beter in kaart te brengen: 

Was this article helpful?
Sidebar